Als jouw kind zijn of haar schooldag er weer op heeft zitten, dan stel jij vast vaak de vraag; ‘hoe was het op school’? Vaak genoeg weet je dan ook al wat voor antwoord je kunt verwachten; ‘goed’, ‘prima’ of ‘weet ik veel’ zijn voorbeelden die dan vaak voorbij komen. Herken jij dit ook? Graag wil ik in deze blog met jou delen hoe belangrijk het is om te praten met jouw kind en vooral hoe en wanneer je dit het best kan doen. Daarnaast bespreek ik een aantal praktische tips over welke vragen het best gesteld kunnen worden, zodat het kind meer gaat vertellen over zijn of haar dag.
Praten is belangrijk
Praten is belangrijk, maar luisteren naar jouw kind (tijdens een gesprek) is het aller belangrijkst. Een kind wilt zich gehoord voelen. Dit lijkt vanzelfsprekend, maar luisteren blijkt tegenwoordig zo eenvoudig nog niet. Je hebt een drukke dag gehad op het werk, je voelt je gehaast omdat je constant maar piekert over wat je allemaal nog moet doen, je hoort en ziet mailtjes en appjes voorbij komen op je telefoon; allemaal voorbeelden die onbewust in grote mate van invloed zijn op hoe jij contact maakt/hebt met jou kind.
Luisteren naar jouw kind dient te gebeuren met volledige aandacht en zonder een oordeel te hebben. Kinderen voelen namelijk heel goed aan of jij als ouder er met jouw aandacht bij bent als ze iets vertellen. Kinderen zijn daarnaast ook erg gevoelig voor meningen en oordelen. Pas dus op met het direct vellen van een oordeel over iets wat jouw kind zegt. Luister eerst, leg die telefoon eens vaker weg, houdt meningen voor je en stel oordelen uit; voorkom hiermee dat jouw kind de volgende keer minder snel naar jou toekomt om iets te vertellen.
Wanneer praten?
Het moment dat je als ouder met je kind praat is ook van belang. Kinderen zijn vaak moe als ze uit school komen en willen dan graag met vriendjes of vriendinnetjes spelen. Kinderen zitten dan niet te wachten op een uitgebreid gesprek over de dag. Kies bij voorkeur een ander moment op de dag, wanneer het wat rustiger is.
Dit kan bijvoorbeeld tijdens een drinkmoment zijn, tijdens het eten, maar ook voor het slapen gaan. Probeer eens om dan samen de dag door te spreken. Kinderen komen daarnaast gedurende de dag vaak ook wel naar jou toe of ze hebben momentjes waar ze eigenlijk hopen dat jij als ouder contact met ze maakt, bijvoorbeeld als er op school iets gebeurd is. Probeer deze momenten te gaan herkennen en geef hem of haar dan de benodigde aandacht. Je zult zien dat je kind dan meer (vanuit zichzelf) zal gaan vertellen.
Gebruik open en gesloten vragen
Het type vraag dat je stelt aan jouw kind kan ook een rol spelen; onderscheiden worden ‘open’ en ‘gesloten’ vragen. De eerder besproken vraag van de dag: ‘hoe was het op school?’ is een open vraag. Deze vraag is voor een kind te algemeen. Een gesloten vraag is het tegenovergestelde. Kinderen kunnen dan alleen antwoorden met een ‘ja’ of ‘nee’. Vervolgens kun je daar dan op doorvragen. Gesloten vragen hebben als voordeel dat ze makkelijker te beantwoorden zijn voor kinderen, maar als nadeel dat je er dan soms nog niet helemaal achter komt wat jouw kind heeft gedaan en wat er bij hem of haar speelt (die dag). Het meest passend is vaak om een combinatie van gesloten en open vragen te maken. Hieronder staan een aantal praktische tips op een rij die gebruikt kunnen worden tijdens een gesprek met en bij het stellen van vragen aan jouw kind:
- Ga op (oog)hoogte zitten van jouw kind
- Luister naar jouw kind
- Vel geen oordeel en houdt meningen voor je
- Niet In Vullen Voor Een Ander (NIVEA)
- Houd een kort gesprek (kinderen hebben een korte spanningsboog)
- Combineer open en gesloten vragen
- Vertel ook hoe jouw dag was, wat je hebt gedaan en geleerd hebt. Jij bent namelijk het voorbeeld; het kind leert van jou.
Een paar leuke na schooltijd vragen!
- Wat was het leukste wat je vandaag hebt geleerd?
- Wat vond je vandaag goed gaan?
- Wat ging er vandaag minder goed?
- Met wie heb je vandaag gespeeld?
- Wat vond je niet leuk?
- Wat had je vandaag anders willen doen?
7. Als jij de juf of meester zou zijn wat had je dan voor les willen geven?
8. Wat vind jij de coolste plek op school?
9. Heeft iemand jou aan het lachen gemaakt? Wat was er dan zo grappig
10. Heeft iemand jou boos of verdrietig gemaakt? Wat was er gebeurd
11. Heeft jullie klas schoolregels? Noem ze is op. Welke vind jij lastig
12. Hoe ziet jouw ideale schooldag eruit?
Kijk ook goed naar het gedrag van jouw kind. Soms vinden kinderen het moeilijk om over gevoelens te praten. In plaats daarvan kan het observeren van zijn of haar gedrag je al veel informatie opleveren. De non-verbale houding is erg belangrijk; aan het gezicht van het kind kun je bijvoorbeeld vaak al aflezen hoe een kind zich voelt. Merk jij dat jouw kind zich vaak gefrustreerd of boos voelt, of misschien juist heel stil is?
Houdt dit dan goed in de gaten. Het kan dan zijn dat er iets niet goed gaat op school. Als je je als ouder daar zorgen over maakt, probeer die zorgen dan te delen met de leerkrachten en vraag of zij dat gedrag ook herkennen.
Dus blijf praten met jouw kind, want dit versterkt jullie band!
Delfos, M. (2011). Luister je wel naar mij. Amsterdam: Uitgeverij SWP